Uit een basisvorm met een zadeldak, door gemeentelijke uitgangspunten bepaald, steken sculpturale “ogen” die zich richten op de verschillende kwaliteiten van het landschap en contact voorkomen met de naastliggende woonhuizen.
Vormentaal en materiaal zijn zo consequent mogelijk doorgevoerd zodat de ruimtelijke ervaring en het contact met de omgeving vanzelfsprekend wordt: het exterieur bestaat uit een doorlopende huid van Western Red Cedar latten waardoor de expliciete contouren van het huis worden versterkt. Binnen zijn de witte ruimtes verrassend door zorgvuldige positionering van de ingebouwde meubels en de lichtvensters waardoor de lichtinval sereen en bijna religieus voelt. Deze gevarieerd vormgegeven openingen, bieden de hele dag door verschillende daglichtervaringen. In de avond is het huis op een zo natuurlijk mogelijk manier verlicht door in koven gepositioneerde armaturen.
De ruimtelijke indeling van het huis is aangepast aan de expliciete wensen van de familie. Op de begane grond, waar sociale interactie en levendigheid plaatsvindt, zijn de woonkeuken en de kinderkamers in contact met de tuin gesitueerd. Op de verdieping, waar rustig gezeten kan worden en waar men zich kan terugtrekken, bevinden zich de woonkamer, werkkamer en ouderslaapkamer.
De routing door het huis wordt bepaald door zichtlijnen richting de lichtvensters die zich in het exterieur manifesteren als grote sculpturale erkers, de “ogen”. Deze routing start bij een “doorsnijding” van het Western Red Cedar volume op begane grond niveau, waar men de woning betreedt. Via de witte hal komt men aan bij de kern van het huis, de woonkeuken, waar via een grote glazen pui de tuin weer te zien is; men heeft het gevoel weer buiten te staan. Hier, kijkend naar de achterwand met Amerikaans eikenfineer bekleed, voelt de bezoeker zich uitgenodigd de uit stekende witte trap te volgen en de route naar de verdieping te ontdekken. De geknikte vorm van deze trapruimte en de aanwezigheid van openingen die het licht door het dak heen laten schijnen doen aan een middeleeuwse straat denken. Aan het einde van de route bevindt zich de woonkamer, het verrassend “eind” van het huis. Een rustige, hoge ruimte waar een groot venster als “schilderijlijst” het polderlandschap tentoonstelt.